Ga naar de inhoud

Prinsjesdag 2025: wat zijn de plannen voor 2026?

Dinsdag 16 september was het Prinsjesdag. Ondanks het feit dat we te maken hebben met een demissionair kabinet, zijn er toch belangrijke plannen gepresenteerd die grote gevolgen hebben voor werkgevers en werknemers. In dit blog zetten we de meest relevante plannen op een rij.

Arbeidsmarkt

Zekerheid voor flexwerkers
Het (demissionaire) kabinet wil meer stabiliteit creëren voor flexwerkers. Nulurencontracten verdwijnen en worden vervangen door bandbreedtecontracten, waarbij een minimum- en maximumaantal uren vooraf wordt afgesproken. Dit is uitgewerkt in het wetsvoorstel Meer zekerheid flexwerkers welke inmiddels al is ingediend bij de Tweede Kamer. Het doel van deze nieuwe wet is dat werknemers meer duidelijkheid krijgen over hun rooster en inkomen.

VBAR en BAZ
Met de Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties (VBAR) moet het onderscheid tussen werknemer en zelfstandige duidelijker worden. Het wetsvoorstel ligt inmiddels bij de Tweede Kamer en er is een aanvullend besluit ter internetconsultatie ingediend. Daarnaast komt er een basisverzekering arbeidsongeschiktheid (BAZ) voor zelfstandigen. Het gaat om een verplichte verzekering zodat ook minder gebruik gemaakt wordt van algemene voorzieningen.

WW-duur korter
De maximale uitkeringsduur van de WW gaat van 24 naar 18 maanden. De verwachte inwerkingtreding is 1 januari 2028.

Arbeidsongeschiktheid

Compensatieregeling transitievergoeding
Er waren plannen om de compensatieregeling bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid alleen voor kleine werkgevers te laten bestaan. Grote werkgevers zouden dan zelf de kosten moeten dragen, wat financiële gevolgen heeft bij langdurig ziekteverzuim. Op 17 september 2025 kwam er een ander geluid en advies van de Raad van State, dit advies werd op 22 september 2025 online gepubliceerd. In het advies wordt geconcludeerd dat de gevolgen die de voorgestelde beperking van de compensatieregeling tot kleine werkgevers heeft, geen structurele oplossing is voor de onderliggende problematiek van hoge werkgeverslasten bij langdurige ziekte van de werknemer. Daarom wordt geadviseerd om te kijken naar de complete afschaffing van de verplichte transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid.

Versoepelen re-integratieverplichtingen
In het wetsvoorstel re-integratie 2e spoor is opgenomen dat kleine en middelgrote werkgevers de re-integratie in het tweede jaar verplicht richten op het 2e spoor, dus op re-integratie bij een andere werkgever. Zo wil het (demissionaire) kabinet de re-integratieverplichtingen van MKB-werkgevers in het tweede ziektejaar beperken. Het wetsvoorstel is uitgesteld naar 1 januari 2030. Dat betekent dat werkgevers nu ook nog de ruimte hebben om zich in het tweede ziektejaar te richten op re-integratie binnen de eigen organisatie (spoor 1).

WIA-beoordeling
Er komen verschillende wijzigingen in de WIA:

  • Praktisch beoordelen wordt de norm (vanaf 2027).
  • Voor werknemers boven de 60 jaar wordt de beoordeling versoepeld.
  • Voorschotten worden structureel kwijtgescholden zodat schrijnende terugvorderingen verleden tijd zijn.
  • Vanaf 1 januari 2028 wordt het medisch advies van de bedrijfsarts leidend, waardoor werkgevers minder risico lopen op loonsancties.

Fiscaal

Stijging minimumjeugdloon
Naar verwachting stijgt het minimumjeugdloon vanaf 2027 fors voor werknemers tussen 16 en 20 jaar. MBO studenten die een BBL-opleiding volgen krijgen vanaf 2027 recht op het volledige minimumjeugdloon van hun leeftijd. De speciale BBL-staffel verdwijnt.

Afschaffing LKV oudere werknemers
Het loonkostenvoordeel (LKV) voor oudere werknemers wordt per 1 januari 2026 afgeschaft voor werknemers die op of na 1 januari 2024 in dienst zijn gekomen. Dit betekent dat werkgevers niet langer gebruik kunnen maken van deze tegemoetkomingen voor deze specifieke doelgroep.

Werkkostenregeling (WKR)
De vrije ruimte van de WKR blijft in 2026 op 2% staan tot een loonsom van € 400.000,-. In 2027 zal de vrije ruimte wijzigen naar 2,16% over de eerste € 400.000,-. Over het bedrag boven de € 400.000,- blijft 1,18% gelden.

Regeling Vervroegde Uittreding (RVU)
Ook na 2025 blijft de RVU-vrijstelling gelden, maar er zijn wel aanpassingen per 1 januari 2026. De RVU geeft werknemers met zwaar werk de mogelijkheid om eerder te stoppen met werken. Werknemers kunnen tot drie jaar vóór de AOW-leeftijd stoppen met werken. De periode tot de AOW-leeftijd wordt dan overbrugd met een maandelijkse uitkering.

Werkgevers kunnen gebruik maken van een RVU-vrijstelling waardoor er geen hogere heffing wordt betaald over de uitkering. Het drempelbedrag stijgt met € 300,00 bruto per maand en indexeert jaarlijks mee met het minimumloon. In 2025 is de vrijstelling € 2.273,- per maand, in 2026 wordt dat dus minimaal € 2.573,- bruto per maand. Tot dit drempelbedrag betaal je als werkgever geen extra belasting (pseudo-eindheffing van 52%), maar over het bedrag boven de drempel betaal je wél extra belasting. Deze pseudo-eindheffing wordt de komende jaren verhoogd naar 57,7% in 2026, 64% in 2027 en 65% vanaf 2028.

Overig

Vereenvoudigen verlofstelsel
Het huidige stelsel van verlofregelingen is versnipperd en ingewikkeld. Het kabinet kondigt stappen aan richting vereenvoudiging. Hierover schreven we eerder een uitgebreid blog.

Gezond en veilig werken
Als onderdeel van de Arbovisie 2040 komt er extra aandacht voor duurzame inzetbaarheid, preventie en een gezonde werkomgeving. Er komen subsidies en programma’s gericht op onder andere de preventie van beroepsziekten.

Einde rittenregistratie
De verplichte rittenregistratie verdwijnt voor het MKB vanaf 2026 voor bedrijven met minder dan 250 werknemers. De regeling was bedoeld om de CO2 uitstoot te meten, maar levert in de praktijk veel papierwerk op voor MKB’ers.

Contact

Ondanks dat we een demissionair kabinet hebben, zullen naar verwachting veel plannen gewoon doorgang krijgen in 2026. Uiteraard blijven we je op de hoogte houden van de nieuwste ontwikkelingen. Bereid je nu, waar mogelijk, al voor op aanstaande wijzigingen. Heb je nog vragen? Neem gerust contact met ons op. Wij denken graag met je mee!